Hoofd, hart en handen

Beste familie en vrienden,

Vanmorgen ben ik bij een medewerker van het piëtismecentrum hier in Halle langs geweest, omdat ik een titel voor mijn eindverslag moest doorgeven. Op 11 september moet ik namelijk de conclusies van mijn onderzoek presenteren. Toen ik aan het begin van mijn verblijf langs ging om een datum af te spreken en zei dat 11-9 mij wel goed zou uitkomen – ik was me nergens van bewust – klonk de stem van de secretaresse van die medewerker heel bezorgd, en vanmorgen weer … In ieder geval ben ik nu al weer twee maanden in Halle. Wat heb ik de afgelopen maand zoal gedaan?

Overdag boeken lezen. Ik ben vorige week begonnen aan het laatste boek van de man, wiens boeken ik doorneem, Theodor Undereyck. De titel ervan is, in het Nederlands vertaald, “De dwaze atheist”. In het boek bestrijdt Undereyck atheïsten. Volgens hem zijn dat zowel mensen die ontkennen dat God bestaat als mensen die wel naar de kerk gaan, maar niet met hun hart in de Heere geloven en Hem liefhebben. Het is een heel dik boek, wel bijna 1000 bladzijden, hoewel het formaat maar iets groter is dan een ansichtkaart. Dus dat scheelt. En de inhoud is heel gevarieerd. In het gedeelte dat ik heb gelezen, probeert Undereyck gedachten van atheisten te weerleggen, zoals: de geest van mensen (het verstand en de wil) is uit de aarde zelf ontstaan (uit stof of materie) en er is geen hogere Geest (God) aan te pas gekomen. Of: religie is alleen iets voor domme mensen. Atheisten waagden het zelfs om te zeggen: religie is alleen iets voor vrouwen. Aan de weerlegging van deze laatste stelling besteedt Undereyck maar liefst 40 bladzijden! Hij geeft dan ruiterlijk toe dat vrouwen eerder geneigd zijn om in God te geloven, om Hem lief te hebben en Hem te dienen. Eén van zijn argumenten is dat het de aard van een vrouw is om afhankelijk van een ander, de man, te zijn. Mannen daarentegen – aldus Undereyck – zijn vaak hoogmoedig en willen niet afhankelijk zijn. Het is altijd jammer dat er in oude boeken niet bij staat, hoe mensen erop reageerden. Ik kan mij echter voorstellen dat veel mannen Undereyck een afvallige vonden. En sommige vrouwen vonden wellicht dat hij hen niet goed had begrepen.

’s Avonds, uit het werk, ga ik vaak eerst een stuk fietsen of wandelen. Je kunt hier langs de Saale, de rivier, prachtig fietsen. En als het mooi weer is, is het Italiaanse ijs op de markt in Halle heerlijk. De afgelopen weken ben ik ’s-avonds ook nog bezig geweest met een artikel. Dat moet ik eind volgende week inleveren. ’s-Avonds eraan werken was echter geen succes. En het is niet goed ook. Omdat ik m’n onderzoek naar Undereyck toch wel op tijd klaar moet komen, heb ik er deze week overdag aan gewerkt. Het is nog een hele klus, gedeelten van bronteksten (Engels) met de vertalingen (Nederlands) ervan vergelijken. Maar wel interessant. Een vertaler vertaalde waarschijnlijk om het geld en heeft soms echt op het gevoel af wat gegokt.

Een zaterdag en twee zaterdagmorgens achter elkaar ben ik wezen klussen! Bij een Nederlandse man die hier in Halle woont. Ik had hem bij geval ontmoet op een zondag in een evangelische gemeente hier in Halle. Hij is zendeling geweest in Marokko, maar daar zijn alle zendelingen het land uitgestuurd. Zijn vrouw komt uit Halle, ze hebben een appartement hier, maar hebben een ander appartement gehuurd. Dat was lange tijd onbewoond en moet helemaal verbouwd worden. Dus heb ik samen met anderen voegen schoongekrabd en puin geruimd. En veel stof gehapt. Na zo’n dag was ik het wel zat, maar het is wel een heerlijke afwisseling.

Op zondag bezoek ik ’s-morgens altijd een baptistengemeente en ’s-middags een lutherse of evangelische gemeente. Bij die baptistengemeente ken ik al verschillende mensen. Ik zit er ook op een jongvolwassenenkring, een keer in de twee weken op woensdagavond. De mensen zijn heel erg hartelijk. Bij een ouder echtpaar ben ik al twee keer wezen eten. En afgelopen zondag was ik bij een jong gezin te gast. Ze waren echt super gastvrij en hartelijk. Ik kreeg eten, na het eten een ligstoel in de tuin, gebak (zelfs twee keer en met slagroom!), mocht ’s-avonds blijven broodeten en laat op de avond vallende sterren kijken onder het genot van een glas wijn. We hebben verschillende vallende sterren gezien. Het zijn resten van kometen die in de atmosfeer komen, uitdoven en een lichtspoor trekken. Alleen ben ik wel vreselijk door muggen gestoken. Toen ik mezelf ’s avonds in de spiegel bekeek, zat m’n hele voorhoofd eronder.

Afgelopen maandagavond en dinsdag kreeg ik bezoek. Mijn vriend Aaldert (van Soest) is vanuit zijn vakantieadres in Oostenrijk via Tsjechië naar Halle gereisd. Afgelopen dinsdagmorgen heb ik ‘vrij genomen’ van de bibliotheek en hebben we een stadje in de buurt bezocht: Bernburg. Het was stralend weer en erg leuk.

Morgen ga ik voor een weekend naar huis. Met de trein. Ik zie er erg naar uit, de laatste keer dat ik m’n ouders en broertjes en zusjes gezien heb, is wel zes weken geleden!

Een hartelijke groet uit Halle,

Jan